Naar schatting heeft maar liefst 80% van de westerse mensen last van een vorm van voedselallergie. Voedselallergie is betrokken bij een breed spectrum van aandoeningen, met name van de huid, de luchtwegen en het maag-darmkanaal. In de meeste gevallen zijn deze allergische reacties van het vertraagde type, waardoor ze moeilijk te detecteren zijn, terwijl ze meestal pas enkele uren of dagen na inname van een bepaald levensmiddel door de patiënt worden opgemerkt. Het bepalen van deze voedselallergieën door de eliminatie en herintroductie van mogelijk aanstootgevend voedsel kan een zeer langdurig en moeilijk proces zijn
Met deze test wordt voor groot aantal voedingsmiddelen gemeten of de patiënt hierop allergisch reageert. Deze voedingsmiddelen omvatten melkprodukten, fruit, vis en schelpdieren, gevogelte en vlees, groente, noten en granen en enkele overige produkten. Zowel de IgE als IgG antistof reactie op deze voedingsmiddelen wordt gemeten. Er wordt bij deze reacties onderscheid gemaakt tussen een lichte, een middelmatige en een sterke reactie (aantal '+' op de uitslag).Tenzij anders vermeld, wordt de reactie nagegaan op (een concentraat van) het hele voedingsmiddel.
IgE:
IgE is een immunoglobuline dat betrokken is bij de directe overgevoeligheid (allergische) reactie. Deze reactie is erfelijk bepaald en praktisch altijd blijvend. Het maakt niet uit hoe lang het voedingsmiddel wordt vermeden. Het niveau van de antistoffen tegen het voedingsmiddel zal binnen weken opmerkelijk afnemen, maar er zal opnieuw een reactie optreden zodra het voedingsmiddel weer wordt genomen. Sterke IgE reacties zullen resulteren in onmiddellijke reacties zoals astma aanvallen en anafylactische shock. Matige tot lichte reacties kunnen onder andere resulteren in acute hoofdpijn, jeuk van de mond en het niet helder kunnen denken. Voedingsmiddelen waarvoor een IgE reactie gevonden wordt, zijn problematisch en kunnen het best volledig vermeden worden.
IgG:
IgG is een immunoglobuline dat een vertraagde allergische reactie geeft. Deze reactie is meestal het gevolg van het te veel en te vaak eten van een voedingsmiddel in een bepaalde periode (week tot maand). In het bloed vormt het IgG immuuncomplexen met bestanddelen van het voedsel waarvoor een reactie bestaat. Deze immuuncomplexen kunnen leiden tot ontstekingsreacties in weefsels. Dit kan in elk deel van het lichaam zijn. IgG reacties kunnen leiden tot 'vertraagde' symptomen zoals gewrichts- of spierpijn, chronische hoofdpijn, vermoeidheid en mentale klachten. Deze allergische reacties zijn vaak moeilijk (zonder test) op te sporen omdat zij pas uren tot dagen na de inname van het voedingsmiddel optreden. Wanneer dit voedingsmiddel vermeden wordt kan het 3 tot 6 maanden duren voordat het antistof-niveau tegen dat voedingsmiddel behoorlijk is afgenomen. Omgekeerd zal het antistof-niveau daarna pas weer stijgen na het gedurende weken of maanden vaak eten van het voedingsmiddel. Voedingsmiddelen waarvoor een IgG reactie gevonden wordt zijn daardoor minder problematisch dan voedingsmiddelen waarvoor een IgE reactie gevonden wordt. Zij hoeven over het algemeen niet de rest van het leven vermeden te worden. Meestal kan volstaan worden met ze 60 tot 90 dagen te vermijden. Daarna kunnen ze af en toe genomen worden in een rotatie dieet.