TOXIC_PANEL IN URINE

TOXIC-PANEL-test

Een test om toxische chemicaliën in urine te meten.

In een tijdperk waarin de impact van chemicaliën op het milieu en de gezondheid steeds meer aandacht krijgt, is het van cruciaal belang om de gevaren van blootstelling aan verschillende industriële chemicaliën te begrijpen.  De meest voorkomende en gevaarlijke stoffen, waaronder glyfosaat, PCB's, perchloorethyleen (PCE), benzeen, hexaan, pentaan en xyleen. Deze stoffen zijn wijdverbreid in het milieu en hebben aanzienlijke gevolgen voor zowel de menselijke gezondheid als het ecosysteem
PCB's (polychloorbifenylen) zijn wereldwijd aanwezig in lucht, water, bodem en sedimenten en kunnen ernstige hormoonontregelingen veroorzaken vanwege hun gelijkenis met schildklierhormonen. Perchloorethyleen (PCE), voornamelijk gebruikt in de stomerijindustrie, is giftig voor verschillende orgaansystemen en kan neurologische schade veroorzaken. Benzeen, een veel voorkomende industriële chemische stof, staat bekend om zijn kankerverwekkende eigenschappen en complexe metabolisme, terwijl hexaan, een populair oplosmiddel, neurotoxische effecten kan hebben.

De gevolgen van blootstelling aan deze stoffen zijn divers en ernstig, variërend van neurologische schade en orgaanschade tot verstoringen van het endocriene systeem en een verhoogd risico op kanker. Gezien de uitgebreide verspreiding van deze chemicaliën in het milieu is het van groot belang om de risico’s in kaart te brengen en maatregelen te nemen om de blootstelling te minimaliseren.

Wanneer is het zinvol om het TOXIC-panel uit te voeren?

Wanneer er een vermoeden bestaat van vergiftiging kan het nuttig zijn om de Toxic-test te doen.

Een toxische chemicaliënbelasting kan een rol spelen bij de volgende aandoeningen:
• Neurologische effecten
• Endocriene verstoring
• Ademhalingsproblemen
• Kanker
• Hematologische effecten
• Lever- en nierschade
• Dermatologische problemen
• Ontwikkelings- en voortplantingstoxiciteit
• Maagdarmproblemen / Diarree

AANVULLENDE TESTS:

  • (spoor)elementen in bloed. De gevoeligheid van mensen voor kwik verschilt. De status van de voedingsstoffen die betrokken zijn bij de ontgifting van kwik, met name die van het sporenelement selenium, kan hierbij een rol spelen. Het meten van de status van deze voedingsstoffen is daarom ook nuttig.
  • Organische zuurtest. Deze urinemarkers kunnen de blootstelling aan milieutoxines weerspiegelen, of de opregulatie van ontgiftingsroutes als reactie op blootstelling. Wanneer deze markers verhoogd zijn, wordt aanbevolen de blootstelling te identificeren, te minimaliseren en te verwijderen. Meestal zijn er veel verschillende individuele tests nodig om elke verontreinigende stof te bepalen. Het panel voor milieuverontreinigende stoffen maakt het echter mogelijk om in één enkele test de mate van toxiciteit voor verontreinigende stoffen in het milieu te meten, of het nu gaat om de lucht, wat we consumeren of waaraan we worden blootgesteld. Deze unieke test meet de milieuverontreinigende stoffen die de blootstelling aan benzeen, xyleen, tolueen, trimethylbenzeen, styreenpesticiden, herbiciden, fungiciden, petrochemicaliën en ftalaat beoordeelt. Artsen kunnen het gebruik van antioxidanten en voedingsondersteuning van ontgiftingsroutes overwegen.
  • MELISA test:: de Melisa test verifieert de (erfelijk bepaalde) immunologische (over)gevoeligheid van personen voor een reeks metalen/stoffen (er zijn 2 verpakkingen verkrijgbaar) waarvan er vele in de tandheelkundige/medische praktijk worden gebruikt (o.a. diverse kwikverbindingen) . Via deze test kunnen immunologische reacties op kwik en andere metalen/stoffen die in de tandarts-/medische praktijk worden gebruikt, worden gecontroleerd. Een dergelijke reactie kan met de betreffende stof optreden en bij een relatief lage (niet-giftige) belasting klachten veroorzaken.

LITERATUUR:

  1. Snyder, R. (2012). "The toxicology of benzene." Environmental Health Perspectives, 120(2), 165-182.
  2. Schreiber, J.S., Hudnell, H.K., Geller, A.M., House, D.E., Aldous, K.M., Force, M.S., Langguth, K., Prohonic, E.J., Parker, J.C. (2002). "Apartment residents' and day care workers' exposures to tetrachloroethylene (perchloroethylene) and deficits in visual contrast sensitivity." Environmental Health Perspectives, 110(7), 655-664.
  3. Carpenter, D.O. (2006). "Polychlorinated biphenyls (PCBs): routes of exposure and effects on human health." Reviews on Environmental Health, 21(1), 1-23.
Share by: